Welk team zet als snelste de beginstelling op?
Nodig
3 tafels, bord, schaakstukken
Duur (instructie, opzetten, spelen en opruimen)
10 minuten
Thema’s
Beginstelling
Niveau
Beginners
Leeftijd
5-8 jaar
Hoort bij les
WB1: les 1, P1
Beschrijving
Zet 3 tafels op enige afstand van elkaar.
Op de middelste tafel zet je een leeg bord. Op beide andere tafels staan de witte, respectievelijk de zwarte stukken. Zorg dat de tafels met stukken op enige afstand van de tafel met het bord staan. Dan moeten de kinderen rennen. Op de achtergrond hangt het demobord met de beginstelling, dan kunnen de kinderen spieken.
Verdeel de kinderen in 2 teams. Deze teams spelen tegen elkaar. Maak een team niet groter dan 5 kinderen. Het ene team moet de witte stukken in de beginstelling zetten. Het andere team de zwarte stukken. Wie dat als eerste correct doet, wint.
Na het startsignaal, rennen de kinderen een voor een naar de tafel met stukken. Ze pakken 1 stuk en rennen terug naar het schaakbord. Daarna mag het volgende kind gaan rennen. Het meegenomen stuk zetten ze op het bord in de beginstelling. De kinderen in een team overleggen samen of de stukken goed staan. Je mag maar 1 stuk per keer meenemen.
Als de teams klaar zijn, dan controleer je samen of de stukken goed staan. Het team dat het eerst alle stukken heeft opgezet én de beginstelling helemaal goed heeft, wint.
Bij grotere groepen maak je 4 teams. Je speelt het spel dan 2 keer.
Suggesties
Op sommige scholen hebben ze een buitenschaakspel met grote stukken. Dan wordt het spel nog veel leuker.
Plaats hindernissen op de route naar het bord.