Spel 059 – Weet jij de stelling nog?

Kun jij de stelling op het bord zetten nadat je die eerst goed hebt bekeken? Je mag niet spieken!

Nodig
Per 2 kinderen: 1 bord en 1 set schaakstukken; werkboek 2.

Duur (instructie, opzetten, spelen en opruimen)
10-15 minuten.

Thema’s
Schaakhavik: kijken – denken – doen; veilig, visualiseren, veilige Koning, bordvisie.

Niveau
Licht gevorderd; gevorderd.

Leeftijd
8-12 jaar.

Hoort bij les
WB2, lessen 9, 10, 11, 12, P4 en P5.

Beschrijving
Vraag koppeltjes van 2 kinderen om een diagram te kiezen van een van de mixvellen van lessen 9-12, P4 of P5. Dat zijn de opdrachten met als titel:

  • Zoek de dreiging.
  • Zoek het verschil.
  • Doe de beste zet.

Ze bekijken en bespreken samen de stelling gedurende enkele minuten. Ze mogen overleggen. Wat zie jij? Daarna gaat het werkboek dicht en moeten ze samen de stelling opzetten.

Het is de bedoeling dat de kinderen op een slimme manier naar de stelling gaan kijken. Als ze geprobeerd hebben de stelling als een foto te onthouden, gaat dat gegarandeerd mis. Maar als ze hebben ontdekt dat er ongedekte stukken zijn, de witte Koning onveilig staat (etc = het verhaal van de stelling), dan gaat het waarschijnlijk een stuk beter. Dat ze de onbelangrijke pion van a2 op a3 hebben gezet is niet belangrijk. Zolang ze de belangrijke kenmerken maar goed hebben.

Nuttige vragen zijn:

  • Wie heeft het meeste materiaal? (Altijd belangrijk om te weten. Al op Werkboek 1 niveau.)
  • Waar staan de Koningen (kort of lang gerokeerd; of staat de Koning nog in het midden)? (Belangrijke vraag als ze de Gouden regels van de opening kennen.)
  • Welke stukken doen nog niet mee? (Altijd belangrijk om te weten. Al op Werkboek 1 niveau.)
  • Welke stukken staan ongedekt? Kun je ze aanvallen? Kun je ze slaan?
  • Staan de Koningen veilig? Kun je de Koning schaak zetten? Met welke stukken?