Spel 062 – Loper en/of Paard in de zak

Speel een gewone schaakpartij en probeer de tegenstander schaakmat te zetten. 2 keer in de partij mag je – in plaats van een zet – een Loper en/of Paard op het bord zetten. Maar dat mag alleen als dat met een dubbele aanval is, die punten wint.

Nodig
Per 2 kinderen: 1 bord en 1 set schaakstukken plus 2 extra Lopers en/of Paarden.

Duur (instructie, opzetten, spelen en opruimen)
15-20 minuten.

Thema’s
Dubbele aanval, Ik ben een Schaakhavik: kijken – denken – doen; bordvisie.

Niveau
Licht gevorderd.

Leeftijd
7-12 jaar.

Hoort bij les
WB2, lessen 17, 18, P5
WB3

Beschrijving
De kinderen spelen een gewone schaakpartij, met als doel om de tegenstander schaakmat te zetten.

Voor de partij krijgen ze 2 extra stukken: PP, PL of LL. Deze stukken zetten ze naast het bord. Deze stukken mogen ze tijdens de partij op het bord zetten. Dat doen ze op een zelf gekozen moment, in plaats van een zet. Inzetten met schaak is toegestaan.

Er is een voorwaarde: al ze een stuk op het bord zetten moet dat meteen een dubbele aanval opleveren, die punten wint. Winst van 1 punt is al voldoende. Als de tegenstander de dubbele aanval kan verdedigen en die verdediging ook uitvoert, dan moet het ingeplaatste stuk van het bord worden gehaald en mag het niet meer meedoen. Ziet de tegenstander de verdediging niet, dan wordt er gewoon doorgespeeld.