In elke les hebben we de instructie volledig uitgeschreven, inclusief concrete voorbeelden voor op het demobord. Gebruik gerust andere voorbeelden, zolang ze maar illustratief zijn voor het leerdoel van de les. De instructie bevat af en toe ook toelichting voor de trainer; deze stukjes tekst staan cursief.
Duur van de instructie
Bij voorkeur beperk ik de instructie tot 10 minuten. In enkele lessen is dat 15 minuten. Maak de instructie niet langer. De aandacht spanne van jonge kinderen laat dat niet toe. Dan maar een voorbeeld minder. Volgende week krijg je een nieuwe kans om het onderwerp uit te leggen.
In les 1 van Werkboek 1 zitten bij hoge uitzondering 2 instructiemomenten. Daartussen kunnen de kinderen hun energie kwijt door te rennen (Spel 1 – Beginstellingestafette).
Betrek de kinderen bij de les
Maar van de instructie geen eenrichtingsverkeer. Stel vragen aan de kinderen. Vraag ze ook om zetten voor te doen op het demobord. Je kunt de kinderen magneten geven en vragen die op het demobord te zetten als antwoord op een opdracht. Als de kinderen een eigen schaakbord hebben (of in tweetallen), kunnen ze de zetten ook op het eigen bord uitvoeren.
Hierdoor vergroot je niet alleen de betrokkenheid van de kinderen bij de les. Elke interactie laat de trainer zien of de uitleg goed is begrepen door de kinderen.